'Het kwam mij zó aanwaaien'

Hij is een jongen die z'n hele leven altijd op zoek is gegaan naar het avontuur. Dat bracht hem op een goed moment zelfs naar Nieuw-Zeeland, waar hij van een mede-Nederlander de kunst van het zelf bier brouwen leerde. Eenmaal terug in Nederland had Coos Kuindersma -net als vóór zijn vertrek naar Nieuw-Zeeland- van alles om handen, onder andere bezorger voor NDC, waar hij een goed stuk brood mee kon verdienen. Maar de hobby bier brouwen heeft hem nooit meer los gelaten.

 

We zitten aan tafel in het comfortabele en gezellige Scandinavische huis van Coos en zijn eega Loes in Reduzum. De tegelkachel zorgt voor een behaaglijke warmte en vóór ons op tafel staat een blik met het opschrift 'Brewfirm'.

 

 "Dat is een concentraat van tarwebier", legt Coos uit. "Ik brouw dan wel zelf bier, maar niet helemaal vanaf de bron. Ik verbouw niet mijn eigen gerst bijvoorbeeld. Dat concentraat is een soort stroop dat samen met suiker en gist in een kunstsof of glazen vat gaat van 22,5 liter. Heel belangrijk bij het hele brouwproces is de hygiëne. Schoon, schoon, schoon is het devies. Elke onreinheid kan het hele brouwsel - de batch - verprutsen."

 

Elke batch levert Coos ongeveer 75 flesjes bier op van 33 cl, dat na ruim twee maanden op dronk is. "Omdat het uit een concentraat komt, zou je denken dat iedereen die ermee bezig gaat hetzelfde bier krijgt. Dat is niet zo. De verhouding van de toegevoegde suiker geeft al smaakverschil. Maar ook de ingrediënten die je er zelf bij doet. Zo heb ik laats een brouwsel gemaakt met toevoeging van vijgen. Heerlijk!"

 

Coos is al vanaf het begin aangesloten bij 'De Koperen Tsjettel',

STIJN VAN WIJK

een vereniging van Friese amateurbrouwers. "Ik brouw puur voor de lol en voor eigen gebruik. Je hebt er ook die meer commercieel bezig zijn. En met een redelijk tot zeer goed resultaat. Zoveel mensen, zoveel smaken. Iedere brouwer doet zijn best.

 

Ik organiseer wel eens een bierproeverij in een café bij ons in het dorp. Ik koop dan een paar bieren van de bekende merken en voeg die van mij daar tussen. Het is al een paar keer gebeurd dat de proevers bij mijn biertje roepen 'Hé! Dat is een lekker biertje!' Als ik ze dan vertel dat het mijn eigen brouwsel is, kunnen ze het vaak niet geloven. Willen ze het ook nauwelijks geloven. Coos die zo'n lekker biertje maakt... En toch is het zo. Eigenlijk kan iedereen het."